Wat is watt? Een basis uitleg van de vermogensmeters/wattage meting.

Overal waar je kijkt (Strava/Zwift) zie je tegenwoordig watt(age) staan. Waar dit vroeger vooral weggelegd was voor de professionele wielrenners zie je dit nu ook meer en meer bij de recreant. Wat is Watt? Waarom is dat interessant? Wat is het verschil met een hartslagmeter? Hoeveel watt produceren profrenners? Op deze en andere vragen vind je hier je antwoord!

 

Wat is Watt?

 

Watt is een eenheid die aangeeft welk vermogen een renner ontwikkelt tijdens een inspanning. Het vermogen is arbeid per seconde. Om een bepaald tempo te ontwikkelen moet een renner een vermogen, een arbeid leveren. Die arbeid wordt uitgedrukt in watt.

 

Waarom Watt?

 

Watt is de enige objectieve meting om prestaties in te schatten. Bij snelheid/hartslag zijn er altijd andere factoren die de meting kunnen beïnvloeden. Rij je bijvoorbeeld in groep aan een gemiddelde van 30 km/u zal diegene die op kop rijdt veel meer inspanning leveren dan een renner die achteraan hangt. Wanneer het warm is of je vermoeid bent zal je hartslag hoger liggen dan normaal.

Bij vermogen weet je exact op een bepaald moment wat je lichaam presteert, een output van 280 watt is 280 watt. Het vermogen geeft dus direct aan wat je op dat moment doet. Terwijl bvb hartslag het resultaat is van gedane arbeid, je hartslag zal niet meteen verhogen maar pas na enkele seconden. Watt zie je meteen.

 

Watt VS hartslagmeting?

 

Vroeger werd de hartslagmeter gebruikt als indicator voor een inspanning. De hartslag van een wielrenner is een maat voor de inwendige geleverde energie. De wattage is een maat voor de uitwendige geleverde energie. Wattage geeft ook een betekenis aan je hartslag. Hartslag zegt iets over jouw inspanning van jouw lichaam, het zegt niks over de daadwerkelijk geleverde inspanning op de fiets (het resultaat). De vermogensmeter meet de geleverde arbeid van het lichaam (het vermogen). Na een paar maanden trainen kun je meer vermogen leveren met dezelfde hartslag.

 

Kracht-gewicht verhouding

 

Deze waarde is vooral tijdens het bergop rijden zeer belangrijk. Hoe meer je weegt, hoe meer watt je nodig hebt om omhoog te fietsen. Bij ritten op vlakke parcours is watt een goede maatstaf maar wanneer je de bergen intrekt is dit niet genoeg. De beste maatstaf om je fietsprestaties te meten is de kracht(watt)-lichaamsgewicht verhouding, deze wordt uitgedrukt in W/kg. Grotere renners zijn over het algemeen krachtiger dan kleinere fietsers, maar kleinere fietsers hebben bvb minder energie nodig om een berg omhoog te fietsen dan grotere fietsers. De verhouding tussen vermogen en gewicht biedt dus een eerlijkere manier om de capaciteiten van verschillende rijders te vergelijken dan door alleen naar watts te kijken.

De kracht wordt bepaald door een FTP-test. Dit getal wordt gemeten in watt en heeft betrekking op het maximale vermogen dat je gedurende langere tijd kunt volhouden, meestal 30 minuten of langer. Om dit te meten heb je een vermogensmeter of wattagemeter nodig. Als  je dus gemiddeld 270 watt trapt en 82 kg weegt, is je kracht-lichaamsgewicht 3.3 watt per kg.

 

Hoeveel watt rijden profrenners?

 

Als we hier gaan kijken worden de waarden meestal weergegeven watt/kilogram. Een profrenner haalt waarden boven de 6 watt per kilolichaamsgewicht. Beginnende fietsers komen ergens tussen de 2,5 en 3,2 voor mannen en 2,1 en 2,8 voor vrouwen uit. Snelle recreatieve fietsers produceren een vermogen tussen de 3,7 en 4,4 watt voor mannen en 3,2 tot 3,8 watt voor vrouwen.

Van Der Poel legde tijdens de Strade Bianche van 2021 de 186 km af in 4u 45min en 5sec. Over die wedstrijd haalde hij een genormaliseerd wattage van 389 watt.

Sprinters genereren ongelooflijke krachten tijdens de laatste vijf seconden voor de finishlijn. Een grotere renner kan makkelijk 1.500 watt creëren tijdens de sprint met uitschieters tot  1.800 watt over 3 seconden.

 

Wat is FTP-meting?

 

FTP = Functional Threshold Power. FTP is het gemiddeld aantal watt dat een renner 1 uur lang kan volhouden en/of  het moment waarop het lichaam net zoveel lactaat produceert als het kan afbreken. Afhankelijk van je FTP kan je een trainingsschema opstellen. Je FTP bepalen kan je tegenwoordig makkelijk in programma’s zoals Zwift.

 

Je FTP bepalen met je eigen fiets met vermogensmeter?

 

Je kan dit zelf bepalen als je een vermogensmeter hebt: warming-up van 10-15 min, daarna 5 min. voluit en vervolgens 10 min. los. Tot slot doe je een zeer intensieve inspanning van 20 minuten, waarbij je een tempo moet nemen dat bijna maximaal is, maar je wel gelijkmatig kunt houden. Probeer je wattage aan het begin net zo hoog te hebben als aan het eind – en alle tijd ertussen. (Vergeet ook niet om je ‘lap-button’ van je fietscomputer in te drukken als je start). Sluit af met 10 minuten uitfietsen. Als je klaar bent, neem je het gemiddelde vermogen dat je tijdens de 20-minutentest hebt geproduceerd en vermenigvuldig je dat met 0,95. De uitkomst is je FTP. Als je bijvoorbeeld gemiddeld 200 watt hebt getrapt, heb je een FTP van 190 watt.

Welke meter past nu het beste bij u? Bekijk HIER ons aanbod.